Huidig maaibeheer van de bermen
De bermen werden vroeger twee keer per jaar volledig gemaaid, zowel de vlakke kant als de beide schuine kanten. Het maaisel dat hierbij ontstaat, wordt telkens afgevoerd.
Vanaf 2022 is het bermbeheer aangepast.
aangepast maaibeheer in functie van botanische diversiteit
Het tijdstip van maaien is zeer belangrijk. Bij voedselrijke graslanden, zoals bijna alle bermen in Harelbeke zijn, wordt bij voorkeur vroeg gemaaid voor meer botanische diversiteit. De tijdstippen zoals ze vroeger waren (de tweede helft van juni en laat in september) zijn dus minder aangewezen.
- De 1ste maaironde wordt dus best iets vroeger uitgevoerd om minder gras in de bermen te verkrijgen en meer bloemen.
- De 2de maaironde afstemmen op een latere maaibeurt is interessant voor de laatste nectar planten en de orchidee-soorten. Zaden worden in de september maand aangemaakt en zijn rijper als er in oktober wordt gemaaid. Door later te maaien zijn er meer en betere uitzaaiingen van inheemse planten en zeldzame orchidee-soorten.
advies gevolgd van natuurpunt en arnout zwaenepoel
De aanpassing komt er niet zomaar, maar op advies van Natuurpunt (Stef Boone, inventariseert al jaren vrijwillig de meest waardevolle bermen in de stad) en Arnout Zwaenepoel (auteur van onze wegbermbeheerplan en auteur van een handboek inzake bermbeheer). Dit zijn hun bemerkingen:
- De klimaatwijzigingen maken dat bermen steeds vroeger gaan bloeien, waardoor een maaibeurt rond 15 juni (zoals vroeger) midden in de bloeiperiode valt. Een vervroeging van de eerste maaibeurt is, zeker bij de mooist bloeiende bermen, aangewezen.
- De klimaatwijzigingen maken dat oktober steeds meer ook een belangrijke bloeimaand blijkt. Uitstellen van de tweede maaibeurt is ook bij de meest bloemrijke bermen sterk aangewezen.
- De faunabemonsteringen laten zien dat een reeks typische oeversoorten als gewone engelwortel, grote kattenstaart, heelblaadjes, koninginnenkruid zeer belangrijk zijn voor ongewervelde dieren. Het vrijwaren van een eerste maaibeurt is vaak de beste oplossing voor deze slootoevers.
- Wegbermbeheer moet ook op aspecten inzake fauna (ongewervelden) focussen, het maaien en 2 keer per jaar afvoeren van een compleet ecosysteem is nefast voor de biodiversiteit.
Nieuw maaibeeld tijdens de zomer
Maaien wordt beperkter tijdens eerste maaibeurt:
Er wordt een netheids- en veiligheidsboord (de vlakke berm en bermgrachtzijde als de gracht ook binnen de breedte van de maaibalk valt) gemaaid tijdens de eerste maaibeurt, dat wil zeggen de eerste 100 tot max. 150 centimeter van de berm. Zo blijft een aanbod bloemen staan dat waardevol is voor fauna en flora en blijft het tegelijk ook veilig voor alle mobiliteit. Tijdens de 2de maaibeurt wordt de totale oppervlakte gemaaid om geen ruigte (dooreengroeiend onkruid) te bekomen in de bermen. Het maaisel wordt steeds opgevangen en afgevoerd om te verschralen.
In een aantal straten, zoals de Meersstraat, de Brugsestraat, de Beneluxlaan, de Keizersstraat, de Eikenstraat en Eiktronk zie je al mooie beelden van de bermen waar we naartoe willen. In deze straten is er sowieso een afwijkend maaibeheer, waardoor er vroeger en later gemaaid wordt.
Op de foto zie je een zomerbeeld van de berm in Eiktronk, met prachtige bloeiende bloemen.
Voordelen
- Extra biodiversiteit fauna en flora + meer bloemrijke bermen in de zomermaanden.
- Minder maaien = minder droogteproblematiek bij recent aangeplante bomen = klimaatmaatregel.
- Ook botanisch is dit een meerwaarde naar uitzaaien van zeldzame soorten toe. Rode-lijstsoorten en inheemse wilde planten zijn algemeen vroege groeiers en bloeiers waardoor ze makkelijker zaden kunnen verspreiden doordat zaden rijper kunnen worden = bloemrijke bermen.
- Extra schuilmogelijkheden, meer en langer voedsel voor bijen, vlinders… = verhogen biodiversiteit.
- Minder en anders bosmaaien rond bomen = schade vermijden aan bomen.
Welke bloemen vind je in onze bermen?
Echte kamille
Een bloem zoals een bloem hoort te zijn: een geel hart met witte blaadjes. De echte kamille lijkt op het eerste gezicht op de gewone margriet, maar let eens op de flinterdunne blaadjes. De gele bloemhoofdjes ruiken heerlijk en worden dan ook gebruikt om thee van te maken. Echte kamille komt vooral voor als pionier in pas aangelegde bermen.
Duizendblad
Nog zo’n plant met heel dunne blaadjes, maar dit keer ook ontelbaar veel kleine, maar fijne bloemetjes. Duizendblad heeft een voorkeur voor zanderige gronden, maar is verder weinig kieskeurig. Het is een belangrijke waardplant die nodig is voor het voortbestaan van icarusblauwtje en de bosparelmoervlinder.
Boerenwormkruid
Met zijn overvloed aan opvallende gele knopjes, lijkt boerenwormkruid wel een bloem zonder blaadjes. Kleine insecten zijn dol op de bloemhoofdjes van deze sterke plant. Hij overleeft ook bij grote schommelingen in het vochtgehalte en verkiest matig tot voedselrijke bodems.
Zwarte mosterd
De zwarte kleur in de naam van deze plant verwijst naar het mosterdzaad dat eruit gewonnen wordt. Maar behalve een culinaire, heeft deze plant ook een ecologische missie. Hij is waardplant voor het oranjetipje en het groot koolwitje. Hij houdt van een stikstofrijke bodem die niet te droog is.
Knoopkruid
Veel bermen worden opgefleurd door de paarse, veelbladige bloemen van het knoopkruid. Door de hoge nectarproductie trekken ze veel bijen en hommels aan, maar ook vlinders zoals de kommavlinder en het bruin zandoogje. De plant gedijt best op vrij vochtige plekken.
Ijzerhard
Ook op ijzerhard komen veel insecten af. De talrijke bloemen zijn gegroepeerd in bolvormige trossen. De plant houdt van een compacte, kalkrijke bodem.
Korenbloem
Vroeger kwam deze prachtige hemelsblauwe bloem vooral voor op graanakkers, maar tegenwoordig zitten ze niet meer bij het gebruikte zaad. Door grondverzet waarin wél nog zaad aanwezig was, duikt ze nu ook in bermen op. Vaak wordt ze ook ingezaaid om bermen op te fleuren. De bloemen maken veel nectar aan, waardoor ze druk bezocht worden door bijen en hommels.
Slangenkruid
De bloemen van deze kalkminnende plant worden druk bezocht door nectarzoekende insecten. De wortels zouden tegen slangengif werken, maar wij vinden het gewoonweg een érg mooie bloem! Slangenkruid kan ook roze of paars kleuren.
Dagkoekoeksbloem
Deze roze bloem is typisch voor leemgronden en vind je wel eens in bermen, maar nog meer aan bosranden. De frêle bloemen zijn een echte eyecatcher en zouden ook niet misstaan in een wilde tuin.
Muskuskaasjeskruid
Hoewel deze grote maar lieflijke bloemen vooral door de mens (verwilderde sierplanten en inzaaien bermen) in onze natuur terechtgekomen zijn, vinden we hen toch het vermelden waard. Het is een waardplant voor de distelvlinder en wordt gefrequenteerd door bijen.
Pluk alleen overvloedige bloemen en enkel wat je nodig hebt
Al die bloemenpracht is natuurlijk erg uitnodigend om een veldboeketje van te plukken. Net omdat bermen zo’n belangrijke functie vervullen, is het raadzaam om alleen te plukken wat in overvloed aanwezig is - en enkel wat je écht nodig hebt.
Valt je oog op een prachtige maar eenzame bloem? Gun dat pareltje dan zijn verdere leven en kom volgend jaar nog eens terug. Misschien staan er dan al veel meer bloemen van die soort, omdat jij hen die kans gegeven hebt. In plaats van te beginnen oogsten, kan je ook gewoon genieten van wat je onderweg tegenkomt.